Insiders in de sector weten het maar al te goed. De hoge faalkosten en lage innovatiesnelheid in de bouw zijn direct toewijsbaar aan de magere samenwerking. De samenwerking van partijen blijft het tere punten en leidt tot hoge faalkosten, gefrustreerde medewerkers en matige klantwaarde. De LEAN principes hebben afgelopen jaren bewezen – mits goed toegepast – meer te zijn dan window-dressing. Er zijn bedrijven die zijn blijven steken op het niveau van ‘trucjes toepassen’, en waar LEAN nog niet is doorgedrongen tot de hoofden van hun mensen. Maar bij bedrijven die LEAN serieus hebben opgepakt, zien we indrukwekkende resultaten. Wat te denken van bouwtijden die meer dan helft zijn gereduceerd, besparingen van meer dan 25% met behoud van kwaliteit, en ook significant tevredener klanten en medewerkers.
ISO 9000 heeft tot een geringe verbetering van de werkwijze van de sector geleid; de serieus toegepaste LEAN principes hebben de tere punten van onze samenwerking echt geraakt:
- Respect als basis voor een constructief samenwerkingsgedrag.
- Commitment naar elkaar, in plaats van ieder voor zich.
- Eindelijk eens de vraag ‘waarom we de dingen doen zoals we die doen’.
- Denken in de waarde voor de klant.
- Eindelijk echt luisteren naar de onderaannemer en de man op de bouwplaats.
- Loskomen van de cultuur van ‘brandjes blussen’.
- Een bouwbedrijf is meer dan een stapel projecten met een nietje er doorheen.
De LEAN principes hebben de aanzet gegeven tot anders werken, denken en gedragen. Gaan we deze verbeteringen nu verlaten nu we in gunstiger conjunctureel vaarwater terecht komen? Gaan we onze gedragsverandering loslaten en ons vrolijk richten op onze externe kansen om weer geld te verdienen ten koste van elkaar? Is LEAN voldoende in onze bedrijven geland? Of moeten we het veranderingszaad nog een aantal jaren laten doorgroeien om er echt de vruchten van te kunnen plukken?
Wat mij betreft is dit een typische leiderschapsvraag. Geven we ons bedrijf een stevige ruggengraat, of bewegen we opportunistisch met alle winden mee? Juist bij bedrijven die meer dan vier jaar met LEAN bezig zijn, zien we een wezenlijk effect op de bedrijfsresultaten. Hun winstmarge is bovengemiddeld, en dat is structureel voor alle projecten. Zij lijken het gedachtengoed in hun DNA te hebben verankerd. Maar blijkbaar is dit niet alle bedrijven gegeven.
Misschien komt de noodzaak om met LEAN aan de slag te gaan en door te groeien wel uit onverwachte hoek, je medewerkers. Want mensen die er eenmaal van geproefd hebben, lijken niet meer op een andere manier te willen werken. De werkvloer wil serieus genomen worden en zelf initiatieven kunnen nemen. U zult zich misschien afvragen waar uw organisatie staat op de schaal van LEAN volwassenheid. Gelukkig zijn daar goede hulpmiddelen voor. Zo heeft Balance & Result bijvoorbeeld een eenvoudige volwassenheidsmeter.
Zelfgenoegzaamheid is een teken van stilstand; de uitspraak ‘we zijn al LEAN’ is doorgaans een indicatie dat het vuur er wel zo’n beetje uit is. Vooropgesteld dat LEAN geen geloof is, maar een bewezen principe om de onderneming echt op een hoger te plan te laten komen. In vele andere sectoren is het vanuit oogpunt van de concurrentiepositie ondenkbaar dat ondernemingen zich niet fanatiek met LEAN blijven bezighouden. Toyota is al meer dan 50 jaar fanatiek mee bezig. Met alle faalkosten waarmee de samenwerkingsketens in de bouw te maken hebben, heeft deze ketens leiders nodig die met hun LEAN programma’s voet bij stuk houden. En medewerkers die volhoudend blijven zoeken naar reductie van verspillingen en verbetering van klantwaarde. Die mensen maken het verschil. Want eerlijk gezegd: wat heeft de bouwsector nog een hoop met LEAN te oogsten!
Paul Kuijpers, adviseur Balance & Result
Ik vind Lean verbouwen echt top! Ook een erg leuk blog met interessante informatie.
BeantwoordenVerwijderen